Overzicht van al mijn verhalen

Klik hier voor de printbare PDF-versie van dit verhaal

De Pol of Killenhof en Schrassertsbos in Nulde

Jan van de Kraats

In het Gelders archief in Arnhem vinden we onder het archief van de familie Cramer een oude oorkonde of akte uit 1531 (GA 0471_37-0004). Cramer was muntmeester in Harderwijk; hij bouwde in Putten bij boerderij Volenbeek een herenhuis. Dat is al na ongeveer honderd jaar rond 1850 afgebroken. Deze akte heeft geen betrekking op Volenbeek zelf, het lijkt erop dat Cramer gewoon een liefhebber was van de historie en verzamelde uit zijn kennissenkring. Of misschien was hij bezig zich een glorieus verleden te verschaffen, een die wat meer paste bij de status van zijn herenhuis. Een hobby die vaker voorkwam in die kringen. In de akte verkopen Derick Janszoon van Breenen en zijn vrouw Gerrijken bezittingen aan Jacob Lubbertzen (priester) und Ott Schrassert. Het bezit wordt omschreven met de volgende woorden: …oer alijnge erve und guedt soe dat tsamen mit eggen mit eijnden mit hoege mit leege mijt bosch mit broeck mit heijde mijt waeter mit weijde mit toerff mijt twijge und mijt alle sijnen rechten und toebehoeren gelegen iss inden ampt und kerspell van Putten aen dije hoeve mijt huijssijnge und berrich und aller getimmer daerop staende gelick Lijffer Wouterzen und Griet zijne echte huijsfrouw dat in pacht hebben und bewoont… Wat zoveel betekend als: … hun gehele erf en goed te samen met de stukken bouwland, met hoge en lage, met broeken en heide, met water en weide, met turf en twijgen, en alle rechten en wat er nog meer bij hoort, gelegen in Putten in buurtschap Hoef, met huis en hooiberg en andere gebouwen, zoals nu in pacht en bewoont door …


Fig. 1 (klikbaar) De op perkament (dierenhuid) geschreven oorkonde uit 1531 waar dit verhaal op gebaseerd is. Ik betwijfel of onze harde schijven het ook zo lang uithouden. Het zegel lijkt het woord muntmeester te dragen, maar is volgens Johannes van Hell niet van de familie Cramer. Er is geen ondertekening, de achterkant geeft de tekst "Opdracht op Ott Schrassert vant erf aenden Hoeve".

Deze woorden maken helemaal niet duidelijk welke boerderij het is en waar die ligt. Het lijkt meer een bezwerende tekst die voorkomt dat de opsteller ter plekke moet gaan kijken voor een echte omschrijving. De namen van de tijdelijke pachters geven alleen houvast voor degenen die in die tijd leefden. Nu zeggen die ons niets meer. Navolgende tekst geeft toch nog iets meer informatie. Er ligt 8 morgen land richting zee bij de hofstede, en oostwaarts ligt de Hontscamp, zuidwaarts de openbare straatweg en westwaarts is bezit van Tijman van Barneveld. Als omschreven was waar de straatweg heen liep, was dat al behulpzamer geweest. Bij straatweg (die gemeijne straet) moeten we ons ook geen mooie klinkerweg voorstellen, het zal hooguit een weg verhard met grind en keien zijn geweest. De Hontskamp weet ik ook niet te liggen, hooguit doet het me denken aan de vroegere Hontskontersteeg in buurtschap Hoef. Een hont is een oude oppervlaktemaat, later meestal een schepel genoemd en 0.14 ha groot (6 schepel is dan weer een morgen). Het is dus een vrij algemene naam.

Dan is er nog een kampje van een morgen dat ten westen aan "onze Abtshoeve" grenst en zuidwaarts ligt van de "Roessen Hoeve". De boerderij Rosenhoef bestaat nu nog en ligt op de hoek Zuiderzeestraatweg en Kuiterweg. Met het kampje wordt waarschijnlijk het latere kadastraal perceel K41 bedoeld dat ten westen van de Kuiterweg ligt. Met de Abtshoeve wordt dan kennelijk het land de Kuiten bedoeld, wat ik overigens niet onder de naam Abtshoeve ben tegen gekomen. Met hoeve moeten we hier overigens niet denken aan wat we nu onder een hoeve als gebouw verstaan. Een hoef of hoeve was oorspronkelijk een flink stuk land groot genoeg voor een gezinsinkomen, denk aan 16 morgen (of 14 ha). De naam Abtshoeve werd wel meer in het algemeen gebruikt voor grotere stukken Kelnarij land die los verhuurd werden. In het Kelnarij archief is echter maar een map voor wat zij "De Abshoeve" noemen, dit betreft 8 morgen land dat bij Oldenaller ligt. Verder wordt in de akte het Molenbroek (K247) genoemd, dat ligt nu langs de Hoornsdam, de oprit naar de A28. Voorts twee morgen van het Sint Anthonis gilden te Putten, waarschijnlijk land ten noorden van de Arlersteeg bij boerderij Bellersgat (J22). Al met al verspreid liggende gronden dus. De onbekende boerderij zal niet de Rosenhoef zelf geweest zijn, het zou toch een kleine moeite zijn geweest die naam dan te noemen.

De Killenhoef

Wat ik even heb overgeslagen uit de zojuist genoemde stukken land is 12 morgen land in het Putterbroek met de naam Killenhoeve. Niet vermeld is hoe ver het van de boerderij af lag, maar het stond wel net na de boerderij genoemd. Het Putterbroek is het gebied tussen de Vanenburger Allee en de Waterweg. Killenhoeve of Killenhof is een naam die later meer genoemd wordt. Oostwaarts en noordwaarts lag land van de nu onbekende persoon Herebert Reijnerssen.

We komen een stapje verder als we zoeken in de zogenaamde tinsboeken. Dat zijn boeken waarin is vastgelegd hoeveel tins (erfpacht) er voor onroerend goed betaald moet worden. Als je geluk hebt staat er een oppervlakte genoemd. Wat wel helpt is dat behalve de eigenaren, ook de vroegere eigenaren genoemd worden. Men wist daarmee in die tijd meestal precies wat er bedoeld werd. Zo vinden we in het Thynsboick ampt Ermel en Putten over de periode 1549-1561 (GA 0012-7234-0306): … Ott Schrasser en Jacob Lubbertsen, alleer Derick Janszoon van Brienen van een camp land gelegen in Putterbroek geheten Killenhoff gecofft van Kill van Nulde Hendrikszoon. Dezelfde van een erve in Nulderbrink, alleer Alijt, Henrick Wichmans dochter. Later is er boven geschreven: …nu Philip en Evert Schrasser gebroederen…. We vinden hier dus een stuk land dat de Killenhof heet met een (boeren)erf in Nulderbrink, met namen zoals we die kennen uit de akte. Denk bij Nulderbrink aan 't Oeverstraat en directe omgeving. In een andere lijst van novale tienden uit 1530-1555 (GA 0012-1272-0012) vinden we …De Killen Hoeve bij Gerrit Petersen omtrent 2.5 morgen roggeland…

Nu werden de tinsboeken af en toe ververst en hoewel veel verloren is gegaan, kunnen we met wat overbleef misschien verder komen. Zo vinden we in de periode 1755-1791 (GA 0012 1500) dezelfde lijst met vroegere eigenaren weer terug en dan met de meer recente toegevoegd. Peter Rengersen te Nulde, voorheen Philip en Evert Schrasser. Daarna volgt de lijst die we al kenden. Daaronder staat: ... hiervan neemt Coop Schrasser Philipszoon de helft … en ook het woord divisum. Er is dus een opsplitsing geweest. In een iets recenter en laatste tinsboek uit de periode 1791-1813 staat identieke informatie maar dan doorgestreept, een teken dat de tinsbetaling is afgekocht. De lijst van eigenaren is dan niet verder bijgehouden. We zitten dan ongeveer in de Franse tijd waarin alles anders wordt. Nu stonden Philip en Evert Schrasser ook al rond 1550 beschreven. Het feit dat er maar een latere eigenaar Peter Rengersen is bij gekomen doet vermoeden dat de tins al in een heel vroeg stadium is afgekocht en dat in latere tinsboeken klakkeloos de oude tekst is overgenomen. We komen er dus niet veel verder mee. Overigens was er nog wel een onverwachte vondst, namelijk een persoon Herbert Hondt die ook een erf in Nulderbrink en Putterbroek bezat (GA 0012-7234-0268). Dit zou ook zomaar een bijnaam (van Herebert Reijnerssen?) kunnen zijn, want in het verleden werden meestal patroniemen gebruikt. Maar het geeft een meer voor de hand liggende oorsprong voor de naam Hondskamp dan we bedacht hadden.

In een latere akte uit 1636, ook uit het Cramer archief, wordt grond uit de omgeving verhandeld. Hierin verkoopt Beert Joachims Vlijeck aan joncker Frederick van Zuilen van Nijevelt en zijn vrouw joffer Bija van Arler een nieuw ontgonnen stuk zaailand met een lager gelegen weiland daar noordelijk aangelegen. Zuidwaarts ligt het Waterige Steegje, westwaarts een stuk land De Pol dat de koper al in zijn bezit heeft, noordwaarts Coop Schrassers broek en oostwaarts een stuk broek dat deel uitmaakte van het oorspronkelijke stuk land maar verkocht is aan Rutger Jacobs en aan Peter Jans. Frederick was o.a. ook eigenaar van Zuidwijk in Huinen, dat in het verleden ook bezit van de familie Schrassert was. Maar als onderpand noemt hij hier zijn huis en hofstede "aan de Halffboom of anders Melis Reijersgoed genoemd in Dasseler" Dit maakt meteen een eind aan de discussie of de naam Halmboom afstamt van de haalboom waarmee de hoogte van de ketel boven het vuur geregeld kan worden, of van een halve slagboom over de Waterweg (de andere helft zou dan vast zijn?).

Maar laten we eerst vertellen waar het Waterige Steegje lag. Het was het begin van de kortste route van de Nulderbrink naar het dorp voor markt en kerkbezoek. Het is op een oude kaart van De Man uit 1805 nog duidelijk te zien als het verlengde van 't Oeverstraat (zie ook fig. 2). Het werd ook het Enge (smalle) Steegje genoemd. Het kruiste bij boerderij de Praast de Vanenburger Allee, ging noordelijk langs de Kleenhorst en boerderij Hussel en kwam uit op de Husselersteeg. Eigenaren van de Vanenburg hebben het gebruik van het Waterige Steegje zoveel mogelijk ontmoedigd zodat het nu niet meer bestaat. De naam Enge Steeg is toen overgegaan naar de noordelijk gelegen Broeksteeg, die nu de Engersteeg heet (het kan altijd enger). Na de opheffing van de spoorwegovergang kreeg het deel vanaf de Husselersteeg de naam Keizerswoerd. Het gedeelte Engesteeg achter Hussel heette ook Nordersteeg, nu is dat de Handelsweg.

We kunnen vandaag de dag constateren dat er noordelijk van het vroegere Waterige steegje, tegen de Waterweg aan, een boerderij ligt die de Pol heet. Dat gebied was kennelijk in 1636 nog een stuk land. Op de kaart van 1832 zien we dat er een zandrug, de Kop, tot bouwland is gemaakt. De boerderij is dan ook al aanwezig. De namen de Pol en de Kop zijn beide te herleiden tot de zandrug. De 2.5 morgen roggeland rond 1550 Killenhoef geheten zal het bouwland op deze zandrug zijn geweest. Als we de oppervlakte van de kadastrale percelen A242-256 van het hele stuk omrekenen komen we op 11.94 morgen. Dat komt keurig overeen met de 12 morgen van de Killenhoef uit onze akte. Kijken we vervolgens zuidelijk van het Waterige Steegje dan is er een gebied dat later, naar de vroegere eigenaar, als Schrassertsbos bekend werd. De oppervlakte van de percelen A285-A293 komt op 7.67 morgen. Dat klopt weer bijna perfect bij de 8 morgen van de zeewaarts gelegen percelen van de boerderij uit de akte. De vroegere boerderij moet dus aan de oostkant in dit gebied hebben gelegen.


Fig. 2 Kaart van 1832 met rood omlijnd het gebied De Pol, noordelijk, en Schrassertsbos, zuidelijk van het Waterige of Enge steegje (in paars). De Rosenhoeversteeg heet nu de Zuiderzeestraatweg. Het gestippelde paarse tracé over het erf van de Pol lijkt een oude route te zijn. Westelijk van de stippellijn in het Schrassertsbos liggen de beide Hangkampen. De Vanenburg lag in 1531 nog ten westen van de Waterweg en ten noorden van de 't Oeverstraat. Geheel beneden de morgen ten zuiden van de Rosenhoef.

Nu we ons een beeld beginnen te vormen, gaan we zoeken naar meer bewijs uit een andere bron, de protocollen van bezwaar, waarin voor Putten vanaf 1675 onroerend goed transacties werden bijgehouden (GA 0008-878, 0203-863, 864). Het is een bron met veel hiaten, het lijkt dat vooral de hogere stand zich liet inschrijven. Zo vinden we op 5 december 1701 onder het dorp Putten dat : … Jonker Frederik van Nijvelt (zeg Nieveld), burgemeester tot Elburg met sijn hoogedele broer Geert Willem van Nijvelt en den hoogedele Jonker Alexander van Dedem een erfmagescheijt (boedelverdeling) heeft gemaakt van haar vaderlijke en moederlijke goederen soo gereet als ongereet en is Jonker Frederik te deel gevallen het huijs, hoff en bogert (boomgaard) tot Putten, idem een mud landt bij 't Putter dorp tegen over de rademakers huijs, de erffpagt van 't landt daar de rademakers huijs op staet, het erff te Killenhof, daar Rijkert Polman op woont, en het land den Poll genaamd en een stuk landt in Putten den Doven Jacob genaamd, 7/4 morgen landt bij Arler gelegen, ¼ part in een erff tot Dijrmen (Groot Diermen) met Henrik van Middagten in't gemeijn… De Pol is nog steeds land en op de Killenhof staat een huis waar Rijkert Polman in woont. Het lijkt dus erop dat de naam Killenhof hier niet synoniem is met de Pol, maar voor het Schrassertsbos wordt gebruikt. Er volgen nu in het kort enkele transacties uit latere jaren die betrekking hebben op deze zaak.

1741 Johan Peter Becker heer van Schoonderbeeck en sijn hoochedele ehevrouwe de hoochwelgebohre vrouwe Anna Cunnegunda baronnesse van Voerst de Doreweert, vrouwe tot Schoonderbeeck verkopen een perceel weijlant den Doven Jacob genaemt, groot ongeveer drie mergen aan Jan van t' Zoll ende Evertjen Casijnsen van Diermen… De Dove Jacob ligt aan de Knardersteeg en had in 1832 kadastraal nummer A315. Barones Anna Cunnegunda van Voorst was weduwe van Frederick Gerrit van Zuijlen van Nijvelt en bezat ook nog het (ons) goed de Pol leenroerig aan het huis Putten (te Elburg). Voor zover ik het kan nagaan is het leen pas ingegaan met Frederik van Nijvelt als eigenaar.

1742 Johan Peter Becker en Anna Cunnegunda van Voorst van Schoonderbeek verkopen voor 900 gulden het goed de Poll met sijn holtgewassen thans gepacht door Steven Rickersen Pollman aan Hendrick Honos (Hoonhorst) en Lijsje Hendricks echtelieden, oost de vrouwe van Essen tot den Vanenborgh en heer burgemeester Westervelt, zuid Wentjen Vlieken, west vrouwe van Essen (met de percelen over de Waterweg van de Oude Vanenburg), noord Gerritjen Morren… De verponding (belasting) stond op naam van Middachten. Er staat nog geen gebouw op zo te zien.

1752 De erfgenamen van Peel Vliek verkopen aan Gerrit Hones (Hoonhorst) en Hendrina van Boxmeer de grond en bos genaamd Schrassertsbos, oost de kinderen van Gerrit Hendriksen, west Steventje Vliek weduwe van Eldert Aartsen en de heer van Westervelt (met beide Hangkampen), noord het Enge steegje, zuid de gemene weg of Rosenhoeversteeg (nu Zuiderzeestraatweg)… Gerrit Hoonhorst heeft nu zowel de 8 als de 12 morgen in bezit en heeft vanaf dit moment waarschijnlijk boerderij de Pol gebouwd.

1761 De broers Dr. Arend Vliek en Gosen Vliek verkopen voor 350 gulden aan Hendrik Hoonhorst en Lijsje Hendriks …een kamp land genaamt de Hangkamp met des selfs houtgewasch en opgaande bomen gelegen onder den ampte van Putten, buurschap Nulde, waaraan ten oosten Gerrit Hones (met het pas gekochte Schrassertsbos), te zuijden de heer van Westerveld, ten westen en noorden de weg… De beide Hangkampen zijn een afgesplitst, meest westelijk gedeelte van Schrassertsbos. Ze waren een soort aanhangsel van De Pol, wat meteen hun naam verklaart. Er is geen reden om aan te nemen dat hier vroeger mensen werden opgehangen. De noordelijke Hangkamp kwam van hun ouders Ellard Aartsen Schipper en Steventje Vliek. Zij bezaten o.a. ook Vliekengoed in Norden, het goed Krachtighuizen en in Nulde nog 2 morgen Nesterland en de Oosterkamp, maar moesten wegens zakelijke perikelen rond een brouwerij in Harderwijk alle bezittingen verkopen.

1768 Gerrit Hones (Hoonhorst) en Helena Struijs verkopen voor 1900 Caroli guldens aan Reijer Helmigsen en en zijn vrouw Lijsje Jacobs een huis, berg, hof en bosch met de grond genaamt Schrasserts Bosch in Nulde bewoont door Kil Dirksen en Peel Vliek, oost de kinderen van Gerrit Hendriksen, west Hendrik Hoonhorst en de heer van Westervelt (met de Hangkampen), zuid de Rosenhoeversteeg en noord het Engesteegje.

1771 Reijse Helmigten en Lijsjen Jacobs nemen hypotheek op huis, hof en bos met de grond Schrassertsbosch genaamt. Dit is dus het gedeelte met het huis.

1784 Wouter Hendriksen met zijn vrouw Driesje Stevens en anderen verkopen aan Hendrik Woutersen (Poort) en Beertje Gerrits voor 900 gulden een bos en land daarin gelegen Schrassertsbosch tussen de Rosenhoefsteeg en het Engesteegje. Oost Peel Gerritsen, west weduwe Reijer Helmigsen, zuid de heer van Oldenaller, noord de heer van Goltstein. Het lijkt erop, ook gezien de koopsom, dat er hier een splitsing heeft plaats gevonden en het huis op het andere gedeelte staat.

1787 Voogden van Hendrik en Lijsje Hoonhorst, minderjarige eigenaars van het goed De Pol en Klaarwater, verkopen aan Goltstein van de Vanenburg een strook land voor een weg.

1792 In het Kelnarij archief (GA 0324-250B-1086) vinden we een magescheid van Hendrik Hoonhorst en Lijsje Hendriksen. De kinderen heten Jan en Hendrik Hoonhorst. Hendrik trouwde met Gijsbertje Gijsberts van de Meen maar is al overleden. Ze hebben de kinderen Hendrik en Lijsje Hoonhorst die nu erven.

Genoemde goederen o.a.: …twee morgen land Klaarwater, de Hangkamp, het goed De Pol of Killenhof, huis, schuur, berg en verder getimmer, de hof en het land zoals Hendrik Hoonhorst en Lijsje Hendriksen het hebben bewoont en gebruikt zijnde een leengoed van Putten... Het ziet er naar uit dat op het grondgebied De Pol inderdaad een boerderij is gebouwd die nu weer als de Killenhof wordt aangeduid, de aloude naam van het gebied noordelijk van het Engesteegje.

Zoon Jan Hendriksen Hoonhorst krijgt in dit gebied de halve Hangkamp (A293-294) en het noordelijk van de Pol gelegen stuk grond Klaarwater (A139-140). Kleinzoon Henrik Hendriksen Hoonhorst trouwt met Woutertje Hendriks van Diest en krijgt een stuk grond in de Blaken (J96) voor het huis de (Voor)Mheen. Later werd de Voormeen de Hogebrug genoemd. Maar hij krijgt ook De Pol of Killenhoef, huis schuur berg en verder getimmer.

1798 Seijsje Jacobs weduwe van Reijer Helmigsen cum suis verkopen aan Pieter Nicolaas van Brummelen een huis annex kamer en schuurtje met land bomen en bosakkermaalshout Schrassertsbosch in Nulde door henzelf bewoond. Oost Jan Hoonhorst en Dirk Staal, west Jan Hoonhorst. Zuid de (Rosenhoever)steeg, noord Hendrik Hoonhorst en Harmen Poort. Koopbedrag 1777 gulden.

1805 De eerste gedetailleerde kaart (van De Man) verschijnt. Op de kaart staat duidelijk een boerderij op het huidige erf van De Pol. Op het terrein van Schrassertsbos staat bebouwing op dezelfde plek als in 1832. Merk op dat in de oude akte gesproken wordt over buurtschap Hoef, terwijl we dit nu toch duidelijk Nulde noemen. Men nam het vroeger minder nauw.

Na 1811

Nu eindigt het tijdperk van de protocollen van bezwaar en nemen de notarissen het over. Er is nog geen kadaster, dus we zijn nog steeds afhankelijk van de omschrijving van onroerend goed. De hierna genoemde kadastrale nummers (en de vorige) zijn dus het resultaat van puzzelwerk. In 1819 zijn Hendrik (Hendriksen) Hoonhorst en zijn vrouw Woutertje van Diest overleden. Ze hadden drie kinderen, Hendrikje, Gijsbertje en Hendrik Hoonhorst. Het is voor het uitzoeken van dit soort zaken wel lastig als een zoon (in dit geval Hendrik Hendriksen Hoonhorst) steeds dezelfde naam heeft als zijn vader. In een akte van notaris Heyblom (1819-31) staat de boedelverdeling beschreven.

Hendrik Hoonhorst, getrouwd met Aaltje van Meerveld, krijgt het huis genummerd 292 met kamp achter het huis, vermoedelijk de Contreknarp (A312), de halve Hangkamp (A293, 294), de Schoutekampen (A361), Nesterland (K272), de Wolfskampen (J969, 971), twee morgen land Klaarwater (A139, 140) en een huisje genummerd 305 in Nulde, geheten Evert Rixengoed (A326). Naar de plek van Evert Rixengoed had ik overigens lang gezocht, dus ik hoop dat ik goed zit met puzzelen.

Gijsbertje Hoonhorst, getrouwd met Beerd Besselsen van Wijnkoop, krijgen een boerderij genummerd 276, vermoedelijk de Voormeen (J94) en twee huisjes, Groot Driedorp (K68) en de Biezenkamp (K196). Zij hebben een dochter Wouterje van Winkoop die in 1839 trouwt met Gerrit Aartsen Nijboer.

Hendrikje Hoonhorst, getrouwd met Jan Gijsbertse van Meerveld (van Klein Bokhorst J455), krijgt boerderij de Pol (A251), die wordt gewaardeerd op 2200 gulden, de Agterkampen in Nulde (A195), Bagsland (Bartsland A355) en de halve Hangkamp (A391, 392) met het broek aan het Engesteegje. Blijkens een verkoop van een aandeel in het Putterbos weten we dat in 1826 Jan Gijsbertse van Meerveld bouwman was op de Pol (GA 0168_1118-0286). In 1830 tot 1842 is Hendrik Hoonhorst bouwman op de Pol (GA 0128-1128-0119). In 1832 komt het kadaster in werking. Als eigenaar van de Pol staat Jan Gijsbertse van Meerveld. Zij hebben nu nog drie dochters, Evertje, Woutertje en Jannetje van Meerveld. Zes andere kinderen sterven jong. Ook Woutertje sterft in 1849 als ze pas 20 is. Evertje trouwt met Harmen van de Veen, bouwman op Holk en sterft in 1845 als ze 23 is. Ze krijgen samen twee dochters, Hendrikje en Annetje. Jannetje leeft ook maar 47 jaar.

Jan Gijsbertse van Meerveld en Hendrikje Hoonhorst zijn in 1830 kennelijk verhuisd naar boerderij Klein Bokhorst in Diermen, want in 1843 zijn ze daar beiden kort geleden overleden (GA 0168_3863-0246). Op dat moment zijn Harmen Janszoon van de Veen en Beertje van Winkoop bouwlieden op de Pol. De nog minderjarige Woutertje van Meerveld krijgt de Pol toebedeeld. De schatting van de waarde van de bezittingen werd o.a. door Johannes van Hell verricht. In 1849 is zoals gezegd Woutertje overleden. Zij vermaakt het erf De Pol aan Hendrikje en Annetje van de Veen, de dochters van haar in 1845 overleden zus Evertje (GA 0168-3871-0306). In 1861wordt ook De Pol geheel toebedeeld aan Annetje van de Veen (GA 0168-3885-0019).

De zoon van de schatter Johannes van Hell, Dirk van Hell wordt in 1861 bouwman op de Pol. Zijn vader zal hem wel een tip hebben gegeven. Na overlijden van zijn eerste vrouw trouwt hij in 1866 met Gerritje Nijboer. In 1870 doet hij een ruil met Annetje van de Veen en krijgt zo het erf De Pol, waar hij dan al boert, in bezit (GA 0168-3900-0333). Zij hebben een zoon Johannes van Hell die met Wichmoed Staal trouwt. Zoon Dirk van Hell trouwt met Hendrikje Kraaij. Het waren de ouders van de ons bekende Johannes en Steven van Hell. Maar dit is niet de tak waar De Pol heen gaat. Die gaat in 1921 naar Woutertje van Hell, dochter van Dirk van Hell en Gerritje Nijboer, die met Willem van Diest trouwt. Zij waren al bouwlieden sinds 1898. Via hun zoon Dirk van Diest, getrouwd met Nennetje Ruiter, komen we uiteindelijk bij de huidige eigenaren van boerderij de Pol of Killenhof: dochter Wouter Evertje van Diest, die getrouwd is met Willem Gerrit Kroon.

Schrassertsbos

Het Schrassertsbos dankt zijn naam natuurlijk aan de vroegere eigenaren. Die waren kennelijk in de luxe positie om een groot gedeelte van hun gebied in bos om te zetten. Een doorsnee boer zou dat niet zo gauw doen omdat het vele jaren duurde voordat er enige opbrengst kwam.

In 1832 bij de invoering van het kadaster is Antonie van Brummelen nog eigenaar. Hij was burgemeester van Putten maar in hetzelfde jaar is hij overleden. Na een veiling werd de nieuwe koper ene Johannes van Hell, getrouwd met Dirkje Horseling. Die naam komt ons bekend voor. In zijn testament (Pliester 1888-1927) vermaakt hij Schrassertsbos aan de kinderen van zijn dochter Maria van Hell en zuster van Dirk, getrouwd met Bessel van Winkoop. In 1890 (GA 0168_3926-0097) zijn Bessel van Winkoop en Maria van Hell, dochter van Johannes Aalbertsen van Hell en Dirkje Horseling, overleden. In hun nalatenschap treffen we het Schrassertsbos in Nulde aan als huis en verder getimmer, met erf, tuin, bouwland, grasland en bos. Het betreft precies de 8 morgen uit de oude akte minus de beide Hangkampen. Zo komt het bij hun zoon Dirk van Winkoop uit. Dan ben ik het spoor even bijster tot ik in 1908 bij notaris Oudendijk-Pieterse (1908-1010) de overdracht zie van Gijsbertje van Winkoop aan de eigenaren van de Vanenburg.

Uit de periode Johannes van Hell is nog wel iets te melden. In een akte van notaris Gunning uit 1838 (1838-284) zijn de percelen van de Rosenhoever tiend beschreven. Het gebied van Johannes van Hell staat daarin met de naam Schrassertsbos of Peppelenburg. Peppelenburg kwam ook in Huinen voor en heeft in Nulde geen blijvende herinnering achtergelaten. Ik moet er wel bij zeggen dat ook de naam Schrassertsbos geheel vergeten lijkt te zijn. Het is nu een weiland. Er staat geen bos en bebouwing meer op, alleen een hoogspanningsmast.

Overigens komen we in de periode 1839-1860 de naam Schrassertsbos ook tegen voor een meer oostelijk gelegen stuk grond, dat tegenover boerderij de Kievit ligt. In 1821 draagt dit stuk nog de naam "Aan het Schrassertsbos", later is alleen Schrassertsbos overgebleven. Zo kan het gaan. In 1832 stond er een huis met de verwarrende naam Het Nieuwe Huis, die wordt vanzelf weer oud natuurlijk. Nu is het huis vervangen door een boerenerf.

Tot Slot

Op de Hangkamp, op de hoek Zuiderzeestraatweg - Waterweg staat al sinds rond de Tweede Wereldoorlog een woonhuis. Dit kruispunt draagt de naam het Dreiboompje (draaiboompje). Is dat een verre herinnering aan de tol van Nulde zoals in 1379 en in 1397 beschreven in het Hertogelijk archief (GA 0001-3227-0006 en 0001-2932-097), of was die misschien bij de Halmboom? De Waterweg heette vroeger de Harderwijkerweg en was een belangrijke route van het westen van het land naar de noordelijke provincies, de A28 van die tijd dus. Toen rond 1650 de Vanenburger Allee werd aangelegd werd dat de Harderwijkerweg, en sprak men hier over de Oude Harderwijkerweg. De rare bocht tussen perceel A 253 en 254 achter boerderij de Pol doet vermoeden dat het Waterige steegje vroeger over het huidige erf van boerderij de Pol heeft gelopen. Dan was het dus echt precies in het verlengde van de 't Oeverstraat (fig.2). Een heropening van dit vroegere kerkepad zal er wel niet van komen.

Dan nog de naam Killenhof. Friso noemde hem in zijn "Historische zwerftocht door het landschap van Putten" als synoniem voor boerderij de Pol, hij geeft hierbij geen bron aan. De vroegste eigenaar in de lijst, Kill van Nulde, kort voor Killiaan, zal ongetwijfeld de oorsprong van de naam zijn. Net als de associatie bij de Hangkamp met ophangen, kan ook de naam Killenhof bij ons lugubere gedachten opwekken. Dit laatste moet geheel worden toegeschreven aan het kijken naar bepaalde TV series. De naam Killenhof is nu uit het dagelijks spraakgebruik verdwenen, en de naam de Pol is gebleven. Toch wel jammer, de naam Killenhof is uniek en de naam de Pol komt al zo vaak voor in Putten.

Bronnen:
    De meeste bronnen komen uit het Gelders archief. In de referentie tussen haken is het eerste getal het soort archief, het tweede getal het inventaris nummer en een eventueel derde getal het imagenummer. Zie de website https://www.geldersarchief.nl
    Voorts een aantal notariële akten uit het gemeente archief van Putten
    Verder heb ik dankbaar gebruik gemaakt van het genealogisch bestand van Trynke Elbertsen-Hoekstra

    Met dank aan Johannes van Hell en Paul op den Brouw voor hun opmerkingen.

Overzicht van al mijn verhalen